‘Geen mens mag de indruk krijgen dat hij of zij er minder toe doet’

12-11-2020

 

Met gemengde gevoelens kijkt voorzitter Berend Kamphuis, bestuurder van Verus, terug op het politieke debat over de burgerschapswet. 'Een aantal idealen waarvoor we hard hebben gewerkt, lijkt te worden verwezenlijkt. Tegelijk is het debat over de vrijheid van onderwijs in een hoek van polarisatie en onbegrip terechtgekomen', zo schrijft hij in zijn blog.

'Als respect, waardigheid en dus veiligheid niet voelbaar zijn kunnen we niet spreken over onderwijs. Dat zijn ook voorwaarden voor het democratische gesprek die door allen gevoerd moeten worden. Geen mens mag de indruk krijgen dat hij of zij er minder toe doet. 

Binnen dat respect, die waardigheid en die veiligheid, moet er ook ruimte zijn voor de eigen gewetensvrijheid. Maar die eigen gewetensvrijheid mag nooit de gewetensvrijheid van de ander beperken. Een optimist kan zeggen: het gesprek is nu gevoerd en we hebben gelukkig kunnen vaststellen dat iedereen de noodzaak van respect, waardigheid en veiligheid onderschrijft. Je zou ook kunnen zeggen: is het gesprek zoals dat deze dagen gevoerd is een écht gesprek zoals we dat ook in onze klassen gevoerd zouden willen zien? Want daar ging het politieke debat oorspronkelijk over, over burgerschapsvorming in onze klassen.

Fundament

Verus heeft in het afgelopen jaar voor en achter de schermen heel veel energie gestoken in het debat over de burgerschapswet die afgelopen maandag in de Tweede kamer is behandeld. Onze inzet: de vrijheid van onderwijs als (deel van) het fundament van de democratische rechtsstaat.

De wet geeft aangescherpte voorschriften vóór de les. De wet zet in op scherpere en strengere handhaving ná de les. Verus heeft zich steeds gericht op de les zelf. Onze benadering: het gaat om burgerschap als pedagogische opdracht. Een opdracht waarbinnen docenten hun pedagogische ruimte ook moeten kunnen ervaren.

Die ruimte is nodig om twee redenen. Enerzijds is de situatie in de klas steeds complexer. De vraagstukken van kansenongelijkheid, diversiteit en polarisatie nemen toe. Anderzijds wordt het verschil op deze terreinen in de les gemaakt. Daarnaast is geloof (of het nu het geloof in religieuze zin of het geloof in de vrijheid van meningsuiting is) nooit afdwingbaar, zeker niet in een klas. Wel kan het waardevolle gesprek, maar ook het waardevolle verschil van opvatting en juist het gesprek daarover in de klas plaatsvinden. Deze situaties zijn niet geholpen bij meer voorschriften en meer controle. Wat docenten nodig hebben is concrete steun om hun pedagogische opdracht uit te kunnen voeren en hun pedagogische ruimte te kunnen ervaren.

Gestimuleerd

De vrijheid van onderwijs heeft honderd jaar lang heel veel burgers gestimuleerd vanuit hun perspectief en overtuiging een bijdrage te leveren aan de samenleving en daarmee aan de democratische rechtsstaat. De vrijheid van onderwijs is daarmee ook voedingsbodem voor maatschappelijk engagement.

Lees het hele blog

Bron: Verus



« Terug naar het overzicht